Schutten: vlot en veilig door een sluis

Schutten in sluizen kan een hilarisch tafereel opleveren. Sommige sluizen hebben zelfs hele terrassen naast de kades gemaakt, vermaak gegarandeerd. Ruzies tussen echtelieden over aan welke kant de stootwillen moeten komen, verhitte schippers die ‘ineens’ achterstevoren komen te liggen, lijnen die strak vastgezet worden waardoor je komt te ‘hangen’. De lijst van blunders is te lang om op de noemen.
Iedere sloepvaarder herkent deze taferelen. Zeker als je net een sloep hebt gekocht, van toeten noch blazen weet en stoer op pad gaat. In het ene gebied zitten meer beginners dan in het andere, maar geheid dat je er ergens in een vaargebied een tegenkomt.

Heb je vragen aan onze expert?
Mail naar redactie@daemesenheeren.nl

Algemeen

  • Focus je op het schutten;
  • Start met klaarleggen van lijnen en stootwillen;
  • Hou een stootwil apart paraat voor onverwachte situaties;
  • Luister naar de aanwijzingen van de sluiswachter indien aanwezig;
  • Wie er het eerst ligt mag ook het eerst naar binnen tenzij de sluiswachter anders aangeeft; bij het uitvaren in principe hetzelfde;
  • Grote schepen gaan overigens wel voor, daarna charters en kleine beroepsvaart en als laatste de rest van de boten;
  • Goed aansluiten;
  • Blijf binnen de markeringen;
  • Let op valwinden;
  • Zet je motor uit in de sluis;
  • Rood licht = wachten, groen licht = in- uitvaren, groen en rood licht beiden = klaar maken voor in- uitvaren.

Afmeren

  • Meer af aan de kant waar je sloep het makkelijkst gestrekt tegen de muur ligt. (Bijvoorbeeld waar je aan het roer zit, of waar je achterschip naar toe trekt door het wieleffect;
  • Zorg dat je twee korte steekeinden* hebt die van de voorbolder naar achter loopt en een van de achterbolder naar voren;
  • Als je helemaal voorin de sluis komt te liggen zet dan een korte lijn van voren, zodat je je kop goed bij de muur kunt houden.

Het is heel belangrijk dat je snel je lijnen vast kunt maken, maar ook snel weer los kunt halen!

* Een steekeind is een touw dat verhindert dat een binnenschip een voor- of achterwaartse verplaatsing maakt, als het is afgemeerd. Het voortouw en achtertouw verhinderen de zijwaartse verplaatsing. In de zeevaart en de watersport wordt een steekeind aangeduid met een spring. Een afgemeerd binnenschip dient naar goed gebruik aan meerpalen, dukdalven of bolders aan de wal te zijn vastgemaakt door middel van een voortouw, een achtertouw en twee steekeinden, één naar voren en één naar achteren. Daarmee wordt voorkomen dat het schip door de wind of zuiging van passerende schepen van de plaats komt.

SLUIZEN

Sommige sluizen hebben zelfs hele terrassen naast de kades gemaakt, vermaak gegarandeerd

Tijdens

  • Je sloep moet kunnen blijven bewegen, dus zet je lijnen niet te strak! Let op dat je de lijnen moet kunnen laten vieren of weer inhalen;
  • Vooral niet te vroeg je lijnen losmaken; het kolken in de sluis zorgt voor onverwachte waterbewegingen ook al is het schutten al klaar.

Uitvaren

  • Licht op groen? Let op de andere boten om je heen. Niet iedereen kent de regels of is een ervaren schipper;
  • Als het water rustig is duw je je sloep zijwaarts iets los van de muur. Vaar heel rustig de sluis uit;
  • Bij grote sluizen is het goed om een losse stootwil nog even bij de hand te houden voor onverwachte manoeuvres van onervaren schippers.

Omhoog of omlaag

Aan de sluisdeuren kun je zien of je omhoog of omlaag geschut wordt. De ‘punt’ van de deuren wijst naar de kant waar het waterpeil het hoogst is. Kom je in een sluis met hoge sluiswanden, en je ziet dat de muren nat zijn, dan hang je de stootwillen verticaal op. Houd rekening met het zuigeffect van de sluiswand. Als je langs de muur in- of uitvaart word je door de zuiging naar de muur toegetrokken. Kom je een sluis binnen met een groot verval, hou dan rekening met de kracht van het in- en uitstromende water.

Rood licht = wachten,

Groen licht = in- uitvaren,

Groen en rood licht beiden = klaar maken voor in- uitvaren

Waarom moet je bij de ene sluis wel betalen en bij de andere niet?

Afhankelijk van welke instantie de sluis of brug (ook wel kunstwerken genoemd) beheert moet je een bijdrage betalen. Nog geen 10 jaar geleden moest je bij elke sluis een bijdrage in het ‘klompje’ doen. Nu zijn veelal de sluizen en bruggen die door de overheid worden beheert gratis. Verder is het afhankelijk van bijvoorbeeld het beheer door een gemeente of provincie en je hebt daarnaast ‘kunstwerken’ die privaat beheert worden. De hoogte van de bijdrage wordt door de beheerder zelf vastgesteld.

Een mooi voorbeeld is Utrecht. Als je door de Weerdsluis (gemeente-sluis) Utrecht binnenvaart betaal je 5,– en als je Utrecht weer uitvaart via de Noordersluis (overheid) betaal je niks.

Meer praktische informatie