VECHTEN VOOR EEN PLEK
Na een paar heerlijke dagen met prachtig weer met onze sloep op de Grevelingen, besluiten wij om op vrijdag naar Bruinisse te varen. Onderweg vanuit Scharendijke besluiten wij om meteen na de Grevelingensluis bij Bruinisse door te varen naar Oude Tonge. Dit om de weekend-drukte te ontlopen. Aangekomen bij de Grevelingensluis blijkt dat veel meer mensen er zo over denken. De sluis is net open en er ontstaat een ‘gevecht’ om in te varen. Er worden zelfs schepen teruggestuurd die voordringen. Wij wachten rustig de volgende schutting af.
VOORDRINGEN
Voordat wij deze Langweerdersloep hadden, voeren wij met een spitsgatkotter van 13,5 meter. Als kleine schepen slimme schippers hadden, dan lieten zij ons eerst invaren en konden zij zich lekker aan ons vastmaken. Als wij in kunnen varen, probeer ik dat ook. Laat de grote schepen maar eerst gaan. Voor ons is dan altijd wel een plekje.
Dat blijkt nu niet zo te zijn. Groot en klein dringen om de sluis in te komen. Dus gaan wij ook maar mee. Terwijl ik het rustig aan doe, word ik links en rechts ingehaald door zeilschepen. Men heeft geen boodschap aan onze sloep.
248 SLUIZEN
Het komt zo uit dat wij naast een zeilboot liggen, die zich aan de muur probeert vast te maken. Dat lukt hem niet omdat de motorboot voor hem de schroef niet heeft uitgezet. Als ik roep of hij de schroef uit wil zetten, antwoord hij: ‘Dan moet je maar leren varen!’ De man weet niet dat wij al een paar keer op en neer naar Zuid Frankrijk zijn gevaren en dat je, om daar te komen, 248 sluizen moet nemen.
‘Langzaam maar gestaag
boksen wij op
tegen de golven’
HARD WAAIEN
Gelukkig gaat alles goed en gaan de meeste schepen richting Zierikzee, zodat het bij de Krammersluis rustiger is. In Oude Tonge krijgen wij een mooie plek, recht voor het clubhuis met prachtig sanitair. De haven van Oude Tonge ligt in een kom, zodat wij niet door hebben dat het de volgende dag hard is gaan waaien.
ENORME GOLVEN
Als wij op het Volkerak komen, staan daar dan ook behoorlijke golven met een stevige wind uit het noordwesten. Wij hadden al besloten om via Benedensas naar de Steenbergse Vliet te gaan, maar hoe nu te handelen? De sloep maakt flinke sprongen en alleen door langzaam te varen is het te doen.
Nemen wij de kortste route onderlangs de Noordplaat, waarbij wij een beetje beschutting van het eiland hebben maar langer de golven dwars op de sloep en flink rollen? Of volgen wij het ‘fietspad’ met golven recht op de kop? Ik besluit tot het laatste. Langzaam maar gestaag boksen wij op tegen de golven en varen wat langer naar het noordwesten. Dan komt het ogenblik dat wij moeten draaien. Ik wacht een rustiger moment af en draai heel snel de kont in de wind. Alles gaat goed en wij varen rustig de golven af, richting Benedensas.
Op de Steenbergse Vliet is het rustige water een verademing. Na ruim vijf uur varen, meren wij af in haven ’t Lamgat in Hoeven en belonen wij onszelf met een etentje in het restaurant.