ZATERDAG: MARINA MUIDERZAND – MEDEMBLIK

Trossen los!

De trossen gaan los. We vertrekken vanuit mijn thuishaven Marina Muiderzand en zetten koers op Medemblik. De lucht is diep donkergrijs gekleurd boven de Markerwaard. Echt heel erg mooi weer is het dus niet. Maar niets weerhoud ons er vandaag van om te vertrekken. De zeilpakken gaan aan en al snel meldt de eerste forse regenbui zich.

‘De lucht is diep donkergrijs gekleurd boven de markerwaard’

DINSDAG: OUDESCHILD – VLIELAND

Muren van water…

De kustwacht vliegt met een helikopter over. We varen verder en realiseren ons dat de grondzeeën steeds steiler en hoger worden. Als we denken het ergste te hebben gehad begint het eigenlijk pas echt. We varen tussen muren van water door.

Eén golf verkeerd in je kont…

De sloep staat golf op onder een hoek van 45 graden en meer. Inmiddels wordt er aan boord weinig tot niet meer gesproken. We zijn een fuik ingevaren en dat realiseren we ons maar al te goed. Omkeren en met de golven mee terug is geen optie meer. Eén golf verkeerd in je kont en het is gebeurd. We moeten dus door.

‘Omkeren en met de golven mee terug is geen optie meer’

Onmogelijke opgave!

De benzine tank is bijna leeg dus we wisselen snel van tank. Ik heb altijd één benzine tank stand-by dus wisselen is snel gebeurd. De andere tank bij deze zeegang bijvullen is echter een onmogelijke opgave. Ik luister goed naar de motor maar die loopt gelukkig perfect.

Hang aan mijn stuurwiel…

De golfhoogte is opgelopen tot vijf meter en breken nu ook echt. De sloep houdt zich gelukkig super maar ik hang zo nu en dan aan mijn stuurwiel en handgrepen. Koert heeft zich schrap gezet tussen de stuurstand en de banken om maar te kunnen blijven zitten.

Mayday…

De marifoon ligt binnen handbereik klaar voor gebruik maar we weten beiden dat mocht het misgaan een mayday nooit op tijd zou worden beantwoord. We varen tenslotte in een zeer smalle vaargeul die niet vergevingsgezind is.

Over boord springen!

De sloep en motor moeten het dus houden. We spreken af dat als de motor het begeeft we zo lang mogelijk aan boord blijven en dat wanneer de strandingprocedure daadwerkelijk wordt ingezet we dan pas over boord springen en zover als mogelijk bij de sloep vandaan zwemmen om te voorkomen dat we tussen de sloep en het strand bekneld raken.

We spreken geen woord meer…

Het langste uur…

We varen onder deze omstandigheden nog een uur door wat we dan ook officieel tot het langste uur van de vakantie bestempelen. Als de vaargeul breder wordt en we meer koers kunnen zetten van de kust vandaan worden de golven iets langer en rustiger. We vullen de benzinetank weer bij en zelf nemen we ook wat te drinken.

Het leven is mooi als je blijft drijven…